QNF 2009
Door Maarten Valken
De selectie van dit jaar wordt geopend met een in alle opzichten indrukwekkend boek, dat in één groot verhaal de geboorte en ontwikkeling van de Europese Unie plaatst in de context van de politieke geschiedenis van Europa. Luuk van Middelaar was één van Nederlands meest veelbelovende filosofen, toen hij tien jaar geleden met Politicide debuteerde (zie QNF 4). Sinds die tijd heeft hij directe politieke ervaring opgedaan in Brussel en Den Haag, en die vervolgens gebruikt voor het schrijven van dit standaardwerk.
Jona Lendering is een oude bekende in de QNF brochures, met Stad van marmer (zie QNF 8) en Alexander de Grote (zie QNF 9). Zijn nieuwe boek neemt stelling in het debat over de clash of civilisations door te wijzen op de grote invloed van de Islamitische wereld op de Westerse beschaving: we staan dichter bij het middeleeuwse Bagdad dan het klassieke Athene.
Peyman Jafari brengt Oost en West samen in zijn eigen leven en in zijn werk. Geboren in Iran, woont hij al twintig jaar in Nederland. Niemand beter dan hij kan een Westerse lezer het moderne Iran verklaren, en een andere kant laten zien van het beeld dat de media ons voorschotelen.
Kester Freriks en Steven Adolf zijn heel verschillende schrijvers, de eerste heeft een literaire achtergrond, de tweede is journalist, maar beiden hebben boeken over dieren geschreven. De valk is het verhaal van een persoonlijke passie, verweven met de geschiedenis van de falconry. Reuzentonijn beschrijft de dramatische ondergang van deze vissoort die misschien binnen enkele jaren geheel verdwenen zal zijn, en waarover pas de afgelopen paar jaar alarm wordt geslagen.
Filmregisseur Paul Verhoeven is een opvallende buitenstaander in deze brochure, maar zijn debuut als auteur was meteen een groot succes. Jezus of Nazareth werd lovend ontvangen, meer dan 20,000 exemplaren werden verkocht, en naar 5 landen werden rechten verkocht. Misschien dat nu ook de film zal worden gemaakt.
Biografieën van bekende Nederlanders zijn er helaas niet in overvloed, reden waarom deze keer een biografie van een aantal jaar geleden is opgenomen. De wetenschapper Christiaan Huygens werd beroemd om de uitvinding van de pendulum clock, maar speelde tevens een dominerende rol op het Europese wetenschappelijk toneel van de zeventiende eeuw.
Rik Smits publiceerde vijftien jaar geleden een zeer origineel boek over left-handedness, en in de tussentijd een handboek over de Nederlandse taal. Nu is hij verder teruggegaan in de geschiedenis, naar de oorsprong van de taal, en opnieuw zijn zijn bevindingen hoogst origineel en schopt hij vele heilige huisjes omver.
Nicolaas Matsier is al jaren een gerespecteerde romancier en vertaler. In The Eye Deceived volgt hij zijn passie voor the trompe l’oeil, en schreef zo het eerste overzichtswerk over dit fenomeen in de Nederlandse taal. Internationaal gezien zijn de meeste overzichtswerken over dit onderwerp verouderd, maar de internationale musea hebben wel degelijk belangstelling voor de trompe l’ oeil (dit najaar nog is er een tentoonstelling in Florence).
Een boek over Nederlanders en water bestond ook nog niet, en gelukkig was het Maarten Asscher die die lacune heeft opgevuld. Als geen ander is hij in staat een dergelijk onderwerp op lichtvoetige, spitse en erudiete wijze te behandelen. Vanuit vele verrassende invalshoeken observeert hij met een onverwoestbaar goed humeur Nederland als kletsnat waterland.
De brochure wordt besloten met een overzicht van de meest opvallende vertalingen van het afgelopen jaar. In 2008 en 2009 werden de meeste Nederlandse non-fictie titels nog steeds vertaald in het Engels en Duits, maar daar heeft zich nu ook het Chinees naast geschaard, een belangrijke opkomende markt voor de Nederlandse literatuur.
Gepubliceerd: 6 oktober 2009 [ columns ]

Quality Non-Fiction 2009